Onderhoudscontract slecht voor kwaliteit spoor.

Uit de cobouw 31-10-2011

Den Haag - De onderhoudscontracten waarbij ProRail stuurt op prestaties, pakken slecht uit voor de kwaliteit van het spoor.
Dat verklaarde Frank van Setten, directeur van vervoerder Veolia vanochtend in de Tweede Kamer tijdens de parlementaire hoorzitting over het spoor. Volgens hem is het aantal storingen de afgelopen twee jaar drastisch gestegen. "Bij ons in Limburg wordt sinds 2010 met prestatiecontracten gewerkt. Sindsdien wordt het slechter", zei Van Setten. Aannemers profiteren van de langdurige overeenkomsten, de gebruiker en de vervoerder zijn er de dupe van, schat hij in.

Van Setten vergeleek het prestatiecontract waarvan er in totaal 25 op de markt komen met de aankoop van een goedkoop huis. "Als je dat dan wil verbouwen dan blijken de kosten veel hoger dan je had gedacht." De directeur van Veolia vindt dat ProRail de aanpak met prestatiecontracten moet evalueren.

Ook Willem Bleeker, directeur van vervoerder Syntus uitte zijn zorgen over de kwaliteit van het spoor. "De laatste twee jaar hollen we erg hard achteruit." Of het aan het prestatiecontracten ligt, durfde hij niet te zeggen. "Er zijn wel contracten veranderd, maar ik zeg niet dat het daardoor komt."

Beide directeuren vinden dat ProRail teveel afhankelijk is van aannemers. Op het gebied van beheer en onderhoud zou de spoorwegbeheerder weer meer zelf moeten doen, vinden de twee.